Iris vertelt | Middin - Middin

Het Middin Kompas van

In de serie Het Middin Kompas van vertellen Middin’ers over hoe het kompas hen helpt in hun werk. In deze aflevering ambulant en coördinerend begeleider Iris Tuit over het basisprincipe samen. ‘Wie ben ik om te bepalen wat werkt?’

‘Alsof ze nooit was weggeweest – het was fantastisch’

Met niet-aangeboren hersenletsel voorlezen aan kleine kinderen op een kinderdagverblijf? Iris begeleidde een vrouw met nah met grote prikkelgevoeligheid en dacht: gaat dit wel lukken? Ze had voor haar hersenletsel jarenlang in het onderwijs gewerkt en wilde weer met kinderen werken. ‘En ze had gelijk’, vertelt Iris. ‘Wie ben ik om te bepalen dat dit voor haar te veel is? Dus zijn we samen een keertje bij een kinderopvang langsgegaan. Gewoon eens even kijken. Tuurlijk ga ik dan met haar mee. Juist bij een spannende afspraak is het fijn als je daar met z’n tweetjes zit.’


Voorlezen

De allereerste keer dat ze bij de groep kinderen het lokaal binnenkwam, was ze erg nerveus. Ze had met de juffen goede afspraken gemaakt welk deel van de dag het handigste voor haar was. Eerst een kwartiertje en dan langzaam opbouwen. Iris vertelt: ‘Ze ging zitten op een stoel, pakte een boek en begon te lezen. Alsof ze nooit was weggeweest. Je had erbij moeten zijn. Ze hield de kinderen het hele verhaal geboeid. De bekkies van de kinderen, het was fantastisch. En voor haar was het zo’n boost. Ze deed het toch maar mooi.’


Twee straten wandelen

Iris vertelt dat naar het kinderdagverblijf toegaan al een hele stap voor deze vrouw was. ‘Ze moest op tijd haar bed uit, thuiszorg regelen, aankleden. En dan nog twee straten wandelen. Als je nah hebt, zijn deze taken achter elkaar vaak al meer dan genoeg. Samen hebben we een plan gemaakt. Klein beginnen en stap voor stap. Waarbij zij de touwtjes in handen had en ik hielp waar nodig. Het ging steeds beter en na een paar weken wandelde ze twee keer per week naar het kinderdagverblijf. Daar kon ze zichzelf zijn, even geen zorgen om haar nah. En ze voelde zich weer belangrijk in deze rol. Ze heeft het jarenlang met veel plezier gedaan. Ik vond het zo mooi dat ik hieraan mocht bijdragen.’


Hobbels op de weg

Iris helpt mensen met nah en hun naasten thuis. Voor haar is het heel belangrijk om te weten wat voor iemand werkt. ‘Ik ben passant in iemands leven en kom niet vertellen wat diegene moet doen. Hoe deed je iets vroeger? En hoe doe je dat nu? Had je veel vrienden om je heen? Daar sluit ik op aan en help ik ze weer overzicht te krijgen in hun leven. Zij zijn de experts en ik wandel met ze mee op hun pad. En help ze met de hobbels die ze onderweg tegenkomen. Die betrokkenheid betekent voor mij ook dat ik een cliënt een berichtje stuur op een moeilijke dag. We hebben allebei een andere rol, maar we doen het samen.’

‘Ik ben passant in iemands leven en kom niet vertellen wat diegene moet doen.'
Iris, coördinerend en ambulant begeleider